STILSTAND

Johann_Heinrich_Füssli_065thetis-hephaistos

[NACHTEN AAN DE KANT 17]

In onze levens en in de wereld hangt alles met alles samen, zo ook de dag met nacht en het café met de werkkamer van de schrijver. Tijdens de eerste maanden van 1979 werkte ik voor het tijdschrift Aurora aan een prozatekst die ik Stasis noemde, het vervolg op een gedeeltelijk autobiografische romance, Anastasis, verschenen in de zomer van 1976. Stasis betekent onder meer stilstand, vooral van de tijd. Een stasis-object is onbreekbaar. Het verschijnsel komt vaak voor in sciencefiction, maar dat wist ik toen niet [1]. Ik had nooit iets in dat genre gelezen en bij de film 2001: A Space Odyssey was ik al twee keer in slaap gevallen. Stasis was een experimentele tekst, een proeve van wat toen ander proza werd genoemd, een stijl die voor ons de revolutie in de literatuur leek aan te kondigen. In werkelijkheid was het een cul-de-sac. Ik was al van omstreeks mijn vijftiende trots op mijn anders-zijn, en nu was ik uitermate trots op mijn ander proza. Je had mij moeten zien glunderen. Of wat had je verwacht? Omdat ik met mijn bizarre literatuur bij Aurora terechtkon hoefde ik me om uitgevers geen zorgen te maken. Ik kon rustig experimenteren: eerst mijn zintuigen grondig ontregelen en vervolgens in die toestand nauwgezet verslag geven van wat ik waarnam en wat ik met die waarnemingen associeerde. Het gebeurde wel dat enkel de associaties overbleven. Ik was niet alleen beïnvloed door James Joyce en Samuel Beckett maar ook door een hele resem literaire theorieën. Het meeste gezag hadden voor mij, denk ik, de schrijvers van Tel Quel, en dan vooral Philippe Sollers. Maar er waren andere leermeesters die een nefaste invloed op me hadden en waarvan ik nu zo’n afkeer heb dat ik niet eens meer over hun namen wil nadenken. Peter Szondi (Hölderlin –Studien, Versuch über das Tragische) was er een van. Georg Lukacs (Die Seele und die Formen, Die Theorie des Romans) een andere. Een dichter die in mijn werk altijd wel aanwezig was, meestal op de achtergrond, was Dante. Wat vond ik het jammer dat ik hem niet in het Italiaans kon lezen. Inspiratie vond ik eveneens in de popmuziek die ik ’s avonds beluisterde, onder meer die van Talking Heads, Television en Lou Reed en in de hoestekst van Patti Smiths Radio Ethiopia. Zeker waren ook de gesprekken met vrienden, in de grote betegelde kamer beneden en in het Pannenhuis, altijd stimulerend. Toegegeven, er gebeurde ook nogal wat in de wereld en dat moest ook zijn plaats vinden in mijn werk.

Stasis kan ik niet samenvatten. De tekst is een microkosmos van de hele macrokosmos (voor zover die binnen het bereik van de auteur lag). In het bewustzijn en de dromen van het hoofdpersonage Crip – de naam spreekt boekdelen, in het hele ‘verhaal’ spreekt bijna elke naam en elk substantief boekdelen – doemen taferelen van vooral apocalyptische aard op. Hij heeft zich teruggetrokken op het eiland IS, of is daar als een tragische Icarus neergestort. Mogelijk dacht ik aan het Griekse eiland Lemnos. Terwijl het universum, of althans de mensheid, in een trage big bang ten onder gaat, ziet hij aan zijn geestesoog de hele westerse beschaving voorbijtrekken. Uiteraard kan Crip niet bewegen: hij is kreupel. Het is het laatste seizoen op aarde, dat van de suffocatie. Vanuit zijn zitplaats, of eerder vanuit de plek waar hij neerligt, waar hij is neergevallen, ziet hij de wereld als een podium waarop iedereen die ooit een rol heeft gespeeld in de menselijke geschiedenis tevoorschijn treedt om aan te kondigen dat dit de laatste keer is, dat het de tijd is van de val. In dit verhaal van 35 bladzijden propte ik alles wat ik in mijn leven ooit had gelezen, gezien en gehoord. Dat was te veel. Bijna ging ik eraan ten onder, bijna was het mijn eigen val.
Die dagen van schrijven duurden lang en waren zowel euforisch, ook al door de amfetamine, als uitputtend en soms zelfs angstaanjagend. Vandaar dat de nachten aan de kant voor mij zo welkom waren en waarom ik nu, in deze herinneringen, liever naar het Pannenhuis terugkeer dan naar mijn werkkamer in het Dolfijnhuis.

[1] The Dune series of novels refers to “nullentropy” containers, where food is preserved indefinitely, as well as entropy-free “no-chambers” or “no-ships” which are undetectable to prescience.

Rubens,_Peter_Paul_-_The_Fall_of_Icarus

The noted science fiction author Larry Niven used the concept of stasis fields and stasis boxes to a great extent directly or indirectly throughout his many novels and short stories set in the Known Space series. Niven’s stasis fields followed conductive surfaces when established, and the resulting frozen space became a completely invulnerable and perfectly reflective object. They were often used as emergency protective devices. They could also be used to create a weapon called a variable sword, a length of extremely fine wire in a stasis field that makes it able to easily cut through normal matter.
Wikipedia

Afbeeldingen: Henry Fuseli, Thetis bittet Hephaistos, für ihren Sohn Achilleus eine Rüstung zu schmieden; Peter Paul Rubens, De val van Icarus.