
Sinds ik hier aangekomen ben, ben ik al buiten het bereik van het mobiele netwerk. Geen telefoongesprekken, geen sms’en. De internetverbinding is onbetrouwbaar, soms krachtig, soms zwak, vaak onbestaande. Afgesloten van de mij vertrouwde wereld. Misschien is het een goede zaak dat ik zo op mezelf word teruggeworpen? Maar ik mis het weerbericht en ik kan maar sporadisch op hoochiekoochie. Waarom zou ik schrijven als ik het resultaat niet meteen publiek kan maken? Ik heb tientallen jaren zogezegd alleen voor mezelf geschreven, maar die tijd is lang voorbij. Nu schrijf ik voor de anderen, wie dat ook mag zijn. Ik begrijp natuurlijk wel dat ik zelf ook een andere ben. Dat heeft Rimbaud voldoende duidelijk gemaakt. En Freud.
Het ritme van de oceaan wordt nu door dat van djembés overstemd. Op de kleine promenade hier voor de deur spelen hippies op ontstemde gitaren. Toonloos zingen ze Bob Dylans ‘It’s All Over Now Baby Blue’ of iets uit ‘Blood On The Tracks’. Zo kan ik het ook. Wat verderop, voor een kapelletje, zitten ze joints te roken of wat te keuvelen. Valle Gran Rey lijkt een bedevaartplaats voor jonge en enkele oude hippies. Veel kleine winkels met organisch en biologisch voedsel, dure nep-juwelen en andere snuisterijen, wierook, Indische kleren, je kent het handeltje wel. Het lijkt hier in menig opzicht op 1969. Another year with nothing to do, zong Iggy Pop. Wat heel goed past bij dit oord: hier is helemaal niets te doen. Heerlijk toch, dag in dag uit lange wandelingen maken, vis eten en wijn drinken… Verder niets.
Na zonsondergang wordt het stil. Waar trekt iedereen naartoe? Niet naar de cafés, niet naar de restaurants: daar zitten de andere, ‘gewone’ toeristen. Niet dezelfde toeristen als op Tenerife: hier hebben ze geen dikke buiken en het gebeurt maar uitzonderlijk dat je iemand met een short, lange witte sokken en sandalen het straatbeeld ziet ontsieren. Ik denk dat deze ‘gewone’ toeristen net als ik ook weer een beetje hippie willen zijn, of het ooit waren, en nu wat nostalgisch zijn geworden. Ze willen nog wel, maar ze kunnen het niet meer. Het moeilijke en chaotische leven heeft zijn sporen getrokken. We hebben wel wat stijl en kennen meerdere talen, maar we zeulen niet met gitaren rond en beluisteren Bob Dylan en Iggy Pop op onze IPod of notebook. Tot ook dat ons moe maakt en we na het lezen van enkele bladzijden Slavoj Zizek slapen gaan.