DAKOTA FANNING

Dakota Fanning was presidentskandidaat voor de democratische partij in de Verenigde Staten. Zelf was ik bij de democratische verkiezingscampagne betrokken. Ik was de adviseur van de jonge Hollywood-ster, op wie ik al gauw verliefd werd. Aanvankelijk verbaasde het mij dat een jonge vrouw als Dakota de democratische voorverkiezingen had gewonnen. Vond zij het zelf ook niet een beetje eigenaardig? Maar je hoorde mij niet klagen: ze was mooi, blond, charmant, zachtaardig én een uitstekende actrice. Aangezien verkiezingen niet uitsluitend om geld draaien maar ook om charisma, waarbij houding, gebaren, blikken en stem een grote rol spelen, maakte Dakota ongetwijfeld kans om de 46ste president van Amerika te worden. Overigens was zij niet alleen mooi, zij was ook intelligent. Haar politieke standpunten waren niet zo verschillend van die van Bernie Sanders of van die van de jonge Tom Hayden, meer bepaald van wat lang geleden New Left werd genoemd. Ik vervulde mijn opdracht met plezier. Elke dag zo dicht bij Dakota Fanning doorbrengen, haar zachte stem horen, haar bekoorlijk zien glimlachen, dat kon je geen werk noemen, eerder een beloning. Hoe had ik die positie weten te bemachtigen?

Eens wakker vroeg ik mij af waarom ik over Dakota Fanning had gedroomd. Ik kende de naam wel, wist dat ze een jonge actrice was. Maar had ik haar ooit in een film gezien? Ik zocht het op. Kennelijk had ze een rol in American Pastoral, een film die mij even weinig deed als de roman van Philip Roth waarop hij gebaseerd is, en in War Of The Worlds, een indrukwekkende spektakelfilm. Dat is het. Van die twee personages herinnerde ik me niets. In American Pastoral blijkt zij de rol van Merry Lvov te spelen, het meisje dat in de late jaren zestig radicaliseert en zich bij de revolutionaire beweging the Weathermen voegt en mee bomaanslagen pleegt. Is dat laatste in mijn onbewuste blijven sluimeren? Wilde ik werken voor een presidentskandidaat die ooit een antikapitalistische terrorist was geweest, lid van een beweging genoemd naar een woord [1] dat Bob Dylan gebruikt in zijn song Subterranean Homesick Blues? Dat is wat te ver gezocht, denk ik.
Ik proef de naam op mijn tong, Da-ko-ta Fan-ning. Da-ko-ta. Fan-ning. Nee, er gebeurt niets. Er wordt niets opgehelderd. De droom is even nietszeggend als het leven dat ik al weken leid, noodgedwongen opgesloten in deze kamers, wachtend op het einde van dit in alle opzichten donkere seizoen. Terwijl ik net zo gezond ben en daar buiten in het licht, ver van hier, mijn laatste grote avonturen zou kunnen beleven.

new left 001

[1] You don’t need a weatherman to know which way the wind blows

Auteur: Martin Pulaski

Dichter, schrijver, blogger, DJ, sensitivist. Stadsleven, literatuur, muziek, film, kunsten. Radioprogramma ‘Zéro de conduite’ op Radio Centraal Antwerpen 106.7 fm en streaming.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

%d bloggers liken dit: