“Ik weet uit ervaring dat er soortgenoten bestaan die niet over gevoelens, emoties (pijn, verdriet, rouw, woede, verliefdheid, liefde) willen spreken of er niet mee geconfronteerd willen worden. Het komt me voor dat ze willen doen alsof we in een wereld leven waar alles perfect is. Is het een Angelsaksische manier van in-de-wereld-zijn? Ik weet het niet. En het maakt me niet uit.
Wat ik wil zeggen is dit. Morgen breng ik mijn dwaze hart naar het ziekenhuis (Sint-Jan / Saint-Jean). Overmorgen mag ik weer naar huis. Maar ik maak me zorgen over wat mogelijk aan het licht komt. Ik hoop dat ik niet opnieuw drie maanden in zo’n hel moet doorbrengen. Dat ik vrijdag opnieuw onbezorgd naar mooie liedjes kan luisteren, boeken lezen, films zien, naar theater gaan, wandelingen maken, vrienden ontmoeten, liefde geven en krijgen. En veel wijn drinken en leugens vertellen. Want de waarheid kent alleen god, en god, zegt men, bestaat niet.”
Het bovenstaande schreef ik vorige dinsdagavond op facebook. Met die ‘hel’ bedoelde ik de drie maanden die ik vorige zomer doorbracht in een ander ziekenhuis, “dapper vechtend tegen de dood”. Het is nu vrijdag. Ik kan opnieuw enigszins onbezorgd naar mooie liedjes luisteren, boeken lezen, films zien, et cetera. Mijn hart is relatief gezond en sterk. Ik mag doorgaan met wijn drinken en leugens vertellen.
Op facebook staken zeker wel veertig vrienden me een hart onder de riem. Een toepasselijke uitdrukking in deze context. Ik beweer niet dat zij het opmonterende resultaat hebben bewerkstelligd, maar ze hebben wel veel angst voor het toch wat akelige onderzoek, een coronarografie, weggenomen. Een van hen, mijn lieve vriendin Ingrid Van Kogelenberg, schreef dit: “Lieve M., dat hart van jou dat slaat op het ritme van de mooiste dingen van deze wereld, die spier die geoefend is in het incasseren, pareren, liefhebben, dat is zo getraind in het leven dat het meer kan weerstaan dan je bange vermoedens. Dit komt goed. Daar ben ik zeker van.” Zo was het en zo is het. Geen magere troost, maar de waarheid.
Wat is er gebeurd? Wanneer het precies begonnen is weet ik niet meer. Enkele dagen voordat ik naar Stockholm vertrok, eind juni, kreeg ik pijn op de borst, soms hield die aan, soms was het alleen bij inspanningen, soms werd ik er wakker van en kon ik de slaap niet meer vatten. De huisarts verwees me door naar een gastro-enteroloog en naar ‘mijn’ cardioloog. De pijn kon een symptoom zijn van een slokdarmontsteking of van een hartkwaal. Gastroscopie bracht niets aan het licht, tenzij een divertikel van Zenker. Dat is een zakje bovenaan in de slokdarm, wat het slikken bemoeilijkt en nogal wat spijsverteringsproblemen veroorzaakt. Het moet verwijderd worden. De specialist wilde zijn diagnose bevestigd zien door radiografie en scan. Uit de scan bleek dat ik forse aderverkalking had in de halsslagaders. Paniek! Nader onderzoek in het ziekenhuis, een Doppler-echografie, stelde me echter gerust. De aderverkalking is helemaal niet fors: het bloed kan ongehinderd naar mijn hersens worden gepompt. Vandaar mijn goed geheugen en mijn verbeeldingskracht. Maar de pijn in de borst was nog niet weg. Mijn hart moest nog worden onderzocht. Inmiddels had ik al een afspraak gemaakt voor ziekenhuisopname en operatie van het divertikel van Zenker. Een grondig onderzoek van het hart gaf een positief resultaat tijdens de fietstest: ik kreeg felle pijn in de borst bij niet al te zware inspanning. De cardioloog raadde mij aan om een coronarografie te laten doen. Hij voegde eraan toe dat geen enkele anesthesioloog mij zou willen verdoven zolang er geen duidelijkheid was over de toestand van mijn hart en bloedvaten.
Dat is nu allemaal achter de rug, behalve de verwijdering van het divertikel, wat kennelijk maar een lichte ingreep is. En de pijn in de borst? Daar heb ik geen idee van. Maar ik vermoed heel sterk dat allerlei emoties, angst, verdriet, woede, jaloezie, tederheid, schuldbesef, et cetera daar een grote rol in hebben gespeeld.
Ik weet niet goed waarom ik dit allemaal vertel. Misschien om mensen die iets vergelijkbaars moeten doorstaan gerust te stellen. Misschien ook om te verduidelijken waarom ik de laatste maanden zo weinig heb geschreven en waarom ik soms nog zwartgalliger was dan je van mij gewoon bent. Voor mezelf verklaart het waarom ik op de vlucht ging naar Londen, naar Stockholm; waarom ik na tien jaar mijn broer weer ging opzoeken, waarom ik in Namen en Maastricht herinneringen aan mijn kinderjaren en adolescentie wilde opwekken. Zo besef ik eens te meer dat het leven een aaneenschakeling is van toevalligheden. Mocht ik die pijn op de borst niet hebben gevoeld was er niets van het bovenstaande gebeurd. Maar wat zou er dan wel gebeurd zijn, dat is de vraag.
Ω
Le coeur a ses raisons que la raison ne connaît point.
Blaise Pascal
Goedenmorgen Martin,
Blij dat je weer opnieuw zwartgallig mag zijn, zonder dat je ongerust
dient te worden.
Toch verwonderd hoe Facebook blijkbaar
de angst kan wegnemen. Volledig, dan nog.
Of sterker misschien: ‘elke vorm van angst’.
Misschien heb ik toch nog ‘een banger hart’ dan jij.
En voor het overige dacht ik aan haar. Patricia de M. en haar
‘Verlangen naar ontroostbaarheid’.
Nog een mooie leugenachtige dag, Martin.
Smile as your …
LikeLike
Goedemorgen, Uvi. Ik ben ook bijzonder opgetogen. Niet alleen omdat ik weer zwartgallig kan zijn. Nee, helemaal niet daarom. Gewoonweg omdat ik weer kan zijn – zonder die vreselijke ongerustheid. Gisteravond al heb ik zitten luisteren naar wonderlijke muziek, ik heb gehuild en daarna gelachen. Ook heb ik van ergens hoog de indrukwekkende ‘skyline’ van Brussel gezien, alsof het een prettige droom was.
Uvi, Facebook kan de angst niet wegnemen, helemaal niet. Facebook werkt angst en allerlei andere negatieve gevoelens in de hand. Facebook heeft veel gezichten. Een ander gezicht van dat sociaal netwerk is de ‘menselijkheid’. Want op facebook wordt niet alleen maar gepest, geroddeld, er worden niet alleen maar mensen (figuurlijk) afgemaakt. Nee, er gebeuren ook dingen zoals wat ik hierboven aangeef. Mijn vrienden hebben niet elke vorm van angst weggenomen, maar elke vorm van angst voor dat bepaalde onderzoek. En ik bedoel echt wel mijn vrienden hoor. Het is ook niet voor niets dat ik mijn vriendin Ingrid citeer. We kennen elkaar al sinds de eerste helft van de jaren ’80. In zo’n situatie weet je dat wat iemand zegt oprecht is en waar. En dat is een grote troost, en dankzij die troost verdwijnt je angst (nogmaals: niet elke angst).
Uvi, ik verlang niet naar ontroostbaarheid. Ik verlang naar troostbaarheid. Is dat vreemd?
Ik zal ook maar verklappen wat ik met dat liegen bedoel, ook al weet je het. Een leugenaar ben ik niet. Als ik leugens vertel, vertel ik net de waarheid, of toch iets waarvan ik denk dat het de waarheid is. Die leugens verwijzen naar verhalen, verzinsels, fantasieën, et cetera. Het is een verwijzing naar de laatste zinnen uit ‘De familie Arsenal’ van Paul Theroux.
“‘Roken,’ zei hij. ‘Roken en leugens vertellen’.
Nog een mooie, een hopelijk wat zonnige dag, Uvi.
LikeLike
Wees gerust, Martin,
ik lees wel wat je niet schrijft…
Want ‘DE waarheid, da’s pas een leugen’.
En natuurlijk, dient er zoals overal en altijd onderscheid gemaakt te worden.
Toch nog dit, als ik mag.
Een virtuele dame die écht kanker heeft, schreef een prachtig Frans gedicht.
Over haar leven en zicht op de dood…
Ze heeft ‘750 vrienden’…
ik meen dat ik de enige virtuele was, die reageerde.
Hoe zou ze daar mee omgaan, vraag ik me af.
Dag Martin, geniet van de vriendschap!
LikeGeliked door 1 persoon