Ik zou vertellen over mijn aankopen. Maar ik ben verstrikt geraakt in de woorden van Cormac McCarthy. Ik heb al veel van hem gelezen in de jaren negentig, maar dit, ‘The Road’ overtreft alles. Wat lijkt een lijst van mijn aankopen nu zinloos. Vroeg of laat vergaat het allemaal. Van ons blijft niets over, van de dingen evenmin. Als onze tijd gekomen is zullen de dingen onze sporen zijn, maar niet lang, want zij zullen eerst hun betekenis verliezen en dan vergaan. Vroeg of laat. Als je dat boek van Cormac McCarthy leest weet je het wel zeker. Daarom zullen we gedurende de tijd die we hier doorbrengen maar best vrolijk wezen en liederen zingen. Gedichten schrijven, films maken. Het lelijke en het slechte de rug toekeren.
Om mijn aankopen te verklaren moet ik eerst vertellen wat ik de voorbije weken en maanden heb gedaan. Dat is niet veel. Tot midden april heb ik mijn woning nauwelijks verlaten. Er waren enkele concerten, Iron & Wine, en Mavis Staples. Met mijn beste vrienden heb ik gegeten en gedronken. Maar ik ben vaker bij artsen geweest dan bij vrienden. Graag had ik mijn broer in Limburg een keer bezocht maar ik blijf het uitstellen. Met mijn vriend Koen ben ik naar een lezing van Kamiel Vanhole geweest. Reisverhalen, subtiel en vol humor en ironie. De man, die ik helaas niet heb leren kennen, is inmiddels overleden. Ik zal die avond niet snel vergeten, omdat er ondanks de ziekte en de aangekondigde dood euforie in de lucht hing. Ik ontmoette zielsverwanten. We praatten over muziek, over Peter Guralnick, over Greil Marcus, over ‘Matty Groves’ van Fairport Convention. Midden april ging ik weer werken, halftijds. Het viel me zwaar, omdat de depressie of wat het ook moge wezen wat ik heb, niet weg was. De dagen dat ik niet ging werken sliep ik vooral. Ik ben altijd moe. Antidepressiva schijnen geen vat te hebben op mijn aandoening. Een belangrijke deel van mijn budget ging naar grotendeels overbodige geneesmiddelen. Maar je hoopt natuurlijk dat ze wel werken. Vitamines en voedingssupplementen kosten eveneens veel geld. Omega-3, een wondermiddel, zo wordt beweerd.
Werken was moeilijk, niet werken was ook moeilijk. Ik maakte geen foto’s meer en schreef weinig. Ik ging niet naar de bioscoop, dat was toch al een besparing. Naar het theater ging ik evenmin: ik was bang voor de mensen. Ik was niet bij machte om tegen iemand iets te zeggen. Eind mei verbleef ik twee nachten in een ziekenhuis, voor een slaaponderzoek. Ik kocht een pyjama en een kamerjas. Dat waren kledingstukken die ik niet bezat. Natuurlijk moest ik ook boeken hebben om te lezen in het ziekenhuis. Ik moet altijd boeken hebben, ook al ben ik veel te moe om te lezen. Aan boeken en muziek ben ik verslaafd. Maar dat weet je al langer. Ik kocht boeken van alle schrijvers die ik ken en goed vind en die nieuwe boeken uit hadden. Ik kocht ook boeken van dode schrijvers, zoals Shakespeare en Stendhal. Het beste boek dat ik dit jaar las was Lucien Leuwen van Stendhal. Tenzij ik een ander werk over het hoofd zie. Over tien jaar zal ik misschien zeggen dat het dat van Cormac McCarthy was, maar nu niet.
Om naar Porto te gaan kocht ik geen nieuwe boeken, want ik had nog een hele stapel, en onze reisgids (Rough Guide) was nog niet echt verouderd. Zo’n gids kost al gauw 25 euro. Ik kocht wel nieuwe schoenen, maar ik ben er niet echt tevreden mee. Dat is vreemd want ik ben al jaren wel tevreden met de schoenen die ik koop. Ik kocht sokken en onderbroeken: dat doe ik altijd als ik op reis ga. Ik gaf geld uit aan tassen voor toiletgerief en voor medicijnen. Ik neem altijd massa’s medicijnen mee als ik op reis ga, zelfs als het maar voor een week is. Ik kocht een nieuw pak. Als ik dat aan heb voel ik mij een beetje een nieuwe man. In Porto droeg ik het om de toeristen belachelijk te maken. Zelfs op het vliegtuig had ik mijn pak aan. De meeste mannen zaten in hun onderbroek in het vliegtuig, en op hun sandalen. Ook in de kathedraal van Braga zag ik mannen met blote benen. Maar ik werd berispt omdat ik mijn Panamahoed op had op de patio van diezelfde kathedraal. Nochtans was ik, al ben ik ongelovig, blootshoofds voor het altaar verschenen. Ik had zelfs geknield, maar dat was om een foto te maken van de grote voeten van Jezus. (De foto is mislukt). Ik ben natuurlijk zelf ook een toerist, maar wat haat ik toeristen! En als ik het patois van Vlamingen hoor maak ik me snel uit de voeten. In del uchthaven van Porto heb ik Patrick en Johan gehoord, je weet wel. Patrick belde, niet met zijn dochter, maar met zijn zoon, ergens in de Kempen. Ach, het vaderland. In Porto kocht ik hemden en T-shirts en boeken en cd’s. Fado…
Vorige woensdag zijn we naar een filmvoorstelling van de jongste film van Paul Auster geweest. We zaten vlak bij het hoge podium. Annelies Beck stelde Auster een aantal grotendeels overbodige en onbenullige vragen, maar de schrijver bleef er charmant en geestig op antwoorden. Hij heeft zowat de mooiste ogen die ik ooit bij een man heb gezien en zijn stem is de stem van een verteller. Je verstaat elk woord, elke zin, niets ontsnapt aan je aandacht. Als mijn dokter een dergelijke stem had, dan was ik al lang kerngezond. Er waren ongeveer tweeduizend bewonderaars van Paul Auster in het Paleis voor Schone Kunsten bijeengekomen om naar de voorstelling van ‘The Inner Life Of Martin Frost’ te kijken. Een interessante mislukking, waarvan het verhaal voor degenen die ‘The Book Of Illusions’ hebben gelezen weinig verrassends te bieden heeft. Aan de mooie beelden, de montage, de stem van de verteller en het schitterende acteerwerk zie je natuurlijk wel meteen dat Paul Auster van film houdt. Na de voorstelling stonden honderden mensen in een rij aan te schuiven om zijn nieuwe boek, ‘Man in het duister’ te laten signeren. Zijn echtgenote, Siri Hustvedt heeft ook een nieuwe roman uit. Ze zat naast haar man. Door het raam zag ik de energie die van de ene naar de gaat en weer terug, twee energiebronnen die elkaar versterken. Wij hebben ons echter vlug uit de voeten gemaakt. Ik had het boek niet gekocht en wilde ook niet in zo’n lange rij staan. Ik dacht, ik wacht op de Engelse vertaling, die in september verschijnt. Maar gisteren kon ik mijn nieuwsgierigheid niet bedwingen en ben ik toch maar de Nederlandse vertaling gaan kopen. Dat ik geen handtekening heb vind ik niet erg, maar ik had de grote schrijver wel graag de hand gedrukt. En als ik dan Siri Hustvedt ook nog had mogen zoenen…
Toen ik dit stuk begon dacht ik een lijst te zullen maken van alle cd’s die ik dit jaar al heb gekocht. Maar het toeval heeft mij in een andere richting gestuurd. En daarover hoor je mij niet klagen. Voor een lijst heb ik nog alle tijd van de wereld. ‘The Inner Life Of Martin Frost’ werd in Portugal gedraaid. Er staan enkele foto’s uit Porto op flickr.
Ongelooflijk moedig vind ik het dat je terug gaat werken ook al is het dan halftijds, Martin. Ik heb al de grootste moeite van de wereld om mijn dagelijkse huistaken te doen. Ik durf ook nog altijd niet alleen het huis uit en ik beperk ‘het huis uitgaan’ tot hoogstens 2 keer per week. Dat moet ik van mijn dokter. Mocht niemand me daartoe verplichten zou ik wellicht nooit meer de moeite doen. In wachtrijen wil ik overigens ook niet meer staan, laat staan in een kathedraal, het paleis voor schone kunsten of in een luchthaven. Maar misschien doe ik binnenkort, eind september, een extra inspanning om Emmylou Harris in datzelfde Paleis te zien. En misschien zal ik na haar concert zelfs in de wachtrij staan, als ze al zou signeren tenminste.
Publiceer die lijst met cd’s maar. Ik doe dat zelf ook omdat het iets is dat me blij maakt.
En nu ga ik eens naar je foto’s kijken.
LikeLike
ik heb “the road” van mccarthy ook al een tijdje klaarliggen, maar ben er nog niet aan toegekomen. ik las intussen wel al een paar andere dingen, zoals “all the pretty horses” en “blood meridian”, en vooral die laatste blies me gewoon weg.
ook grappig dat je peter guralnick vermeldt, die man moet zowat mijn grootste held onder de muziekjournalisten zijn. alhoewel dat woord tekortschiet, zijn boeken lezen als romans.
ik heb pas ook een bespreking geschreven van de recente auster (over wie ik ooit nog een lullige thesis schreef), misschien interesseert het je wel: http://www.goddeau.com/content/view/4796
ik zag de laatste film niet (ik zag het niet zitten om naar het psk te gaan), maar ben destijds wel naar lulu on the bridge gaan kijken. ook een interessante film, maar je voelde ook dat het een schrijversfilm was: nu en dan te literair, te krampachtig volgestoken met symboliek, waardoor het nogal stijf aanvoelde. maar ik ga de nieuwe alleszins ergens proberen mee te pikken. ik was er enerzijds natuurlijk ook graag bijgeweest op die lezing in de passa porta, maar als je dan hoort dat de tent op voorhand al gevuld was met het literaire kruim dat lekker aanwezig staat te wezen, ben ik toch weer blij dat ik ook daar niet van de partij was.
enfin, we lezen en luisteren verder…
LikeLike
Guy, “het literaire kruim dat lekker aanwezig staat te wezen”, zo is het helemaal. Wat is dat toch vreselijk allemaal. Maar ik moet toegeven dat ik van die lezing niets wist. Vroeger kreeg ik nog foldertjes van Passa Porta, maar toen ze ontdekten wie ik was zullen ze mij wel geschrapt hebben, ha ha. En dat meen ik nog ook.
Roen, zo moedig is dat niet. Het is ook een financiële noodzaak. Bovendien is hier alleen thuis zitten ook niet zo gezond. Maar het is heel moeilijk, dat wel. Ik zit heel graag hier binnen, en slapen kan ook heerlijk zijn.
Ik denk niet dat ik naar Emmylou Harris in het Paleis ga. Ik heb haar daar ooit zien optreden, en het leekt me niet de juiste omgeving. Mensen in blue jeans worden daar toch nog altijd een beetje vreemd bekeken. Typisch is hun huidige reeks tentoonstellingen en concerten onder de noemer “It’s not only rock and roll”. Het moet dus iets meer zijn, dan mag het. Maar “gewone rock and roll”, no way. Toch ga ik naar John Cale, vooral omdat hij zo goedkoop is. En ik zou graag zijn zachtere kant eens zien en horen. Ik zal dan mijn nieuw kostuum aantrekken. Of net niet!
LikeLike
niet verwonderlijk dat je het niet wist van die lezing: op het moment dat het bezoek werd bekend gemaakt bleek nl. dat het al volzet was
ik vraag me af of bij emmylou harris ook een groot deel van de tickets voorbehouden zijn voor vips en/of bedrijven, etc. het staat mooi, zo’n optreden bijwonen om de economische banden te versterken (ik ben te cynisch)
LikeLike
als die zakenmensen eens goed zullen luisteren naar de treurnis van Emmylou wacht ons wel een heel zware economische crisis.
LikeLike
Je gaat er van uit dat ze zullen luisteren? Is dat voor hen niet het zoveelste evenement waarop ze vooral aanwezig moeten zijn?
Daar glijdt alles van af, kritiek, muziek, schoonheid…het gladde oppervlak staat niet toe dat iets het zou kunnen laten barsten of verweren.
Ben ik nu te cynisch?
LikeLike
Ik zou alleszins toch gaan om te luisteren sezaar, maar ik ben dan ook gelukkig geen zakenman meer. Maar Martin heeft me alweer aan het twijfelen gebracht. Ik heb namelijk geen schoon kostuum meer. Enkel nog klassieke wrangler blue jeans.
LikeLike
roen, je moet ernaartoe, in jeans of zonder jeans. het is wel een bijzondere ervaring, emmylou in de zaal henri leboeuf. we waren toen met een heleboel vrienden, waarvan één zeer sombere kerel. die vond het allemaal heel slecht. en de zuilen stonden in de weg, wij hadden de goedkoopste plaatsen. want die vriend die alles heel slecht vond leefde van het ocmw.
sezaar, wat jij schrijft is geen cynisme, het is realisme. het paradigma van cynisme lijkt mij: degene die zegt, wat kan het me schelen dat die arme kindjes sterven, als ik maar goed kan eten.
LikeLike
dat ik dat weet. Ik ga in het psk naar Lou Reed, maar had geen achtergrondinformatie over hoe het er verder aan toe gaat daar. Nou niet te veel van aantrekken, zeker, ik ga tenslotte voor de artiest en zijn show.
Tot blogs,
LikeLike