Blues, soul en rock & roll zijn overbevolkt met adel, koningen, graven, prinsen, prinsessen, noem maar op. Bo Diddley was de ongekroonde koning van de rock & roll. Hij woonde niet in een paleis, zo adellijk was hij nu ook weer niet, maar net als koning Boudewijn en Buddy Holly droeg hij een bril. De vorm van zijn gitaar hield je als adolescent uren uit je slaap. En ook nu schrijf ik dit, terwijl ik in bed zou moeten liggen en rusten. Maar Bo Diddley heeft mijn leven vorm gegeven, meer nog dan Bob Dylan, alleen al omdat ik op de Diddley-beat kon dansen, wat me bij Dylan niet altijd lukte. Ik wist het niet meteen, maar iedereen die ik als jongen graag hoorde had zijn beat van Bo Diddley: Buddy Holly, the Rolling Stones, the Pretty Things, Captain Beefheart, Quicksilver Messenger Service, Q65, the New York Dolls, the Yardbirds, the Who (Magic Bus), the Kinks, the Clash. Noem maar op! Bo Diddley can’t be beat. Man ik mis je!