Ik heb de innemende filmliefhebber Jo Röpke nooit echt gekend, ook al heb ik les van hem gehad, lang geleden toen ik nog film studeerde aan het Rits (dat toen Ritcs heette). Aan die studies heb ik weinig goede herinneringen, waarbij ik een uitzondering maak voor de vriendschap. Ik heb op die school Marc Didden ontmoet, die lange tijd mijn beste vriend is geweest. We gingen zeker een keer per maand met z’n beiden in het Zoniënwoud wandelen en zongen dan liedjes van Creedence Clearwater Revival, The Rolling Stones en Pink Floyd. Waarschijnlijk werd er ook veel over film en meisjes gepraat, maar dat kan ik me niet meer zo goed herinneren. Samen met Marc schreef ik tijdens een verloren weekend een boek. Er bestaat maar één exemplaar van en dat is nu in zijn bezit. Al vele jaren. Eén hoofdstuk ging over alle mensen die, geloof ik, Pete heetten. Ik herinner mij dat er een Pete Lennon en een Pete McCartney in de lijst stonden. Want het hoofdstuk was een lijst. Er stonden ook echte Petes in de lijst, de onlangs overleden Sneaky Pete bijvoorbeeld. Marc ging af en toe naar Londen; hij werkte al deeltijds als popjournalist voor Humo. Een keer heeft hij me zeer gelukkig gemaakt: hij had het verzameld werk van William Blake voor me meegebracht, een onovertroffen product van de verbeeldingskracht. Er gaat geen maand voorbij of ik lees er wel een stukje in en af en toe zing ik een van de Songs of Innocence, onder meer How Sweet I Roamed From Field To Field.
Op de filmschool ben ik bevriend geraakt met de kunstenaar Guillaume Bijl en de filosoof Leo Steculorum. Tijdens mijn Antwerpse jaren was Guillaume een van mijn beste vrienden. We hielden beiden hartstochtelijk van film (John Casavetes, Wim Wenders, Werner Herzog) en van het nachtleven (Pannenhuis, Mok, De Kroeg). Nu heb ik geen contact meer met hem. Een spijtige zaak, maar afscheid hoort bij het leven. Met Leo ben ik nog altijd goed bevriend.
Zoals ik al zei heb ik aan het Rits als onderwijsinstelling weinig goede herinneringen, ik heb er nauwelijks iets geleerd: een beetje fotografie, een beetje filmanalyse, een beetje scenarioschrijven. De dingen die ik er niet geleerd heb zal ik niet opsommen. Er hing altijd een vervelende sfeer, niet bepaald artistiek; men was er vrij streng. Veel van mijn medestudenten waren liefhebbers van kleinkunst, een genre dat ik hartsgrondig haatte. Hoe kan kunst klein zijn, vraag ik me nog steeds af. De meeste profs waren zeurkousen. Marc Galle bijvoorbeeld. Maar er waren nog ergere exemplaren, van wie ik de naam vergeten ben. Jo Röpke was anders. Hij kon boeiend over film vertellen en gaf je zin om naar de cinema te gaan, om de laatste Polanski of Fellini te gaan bewonderen. Het was niet echt lesgeven wat hij deed, het was werkelijk met veel enthousiasme en ironie vertellen. Een beetje zoals in zijn televisieprogramma Première, maar dan minder afgeborsteld, vrijer. Ik herinner me dat ik voor mijn examen bij Jo Röpke een uiteenzetting over de paranoia in Easy Rider gaf. Die uiteenzetting zal ongetwijfeld zeer idiosyncratisch zijn geweest, vooral omdat ik nog veel meer paranoia aan de film toeschreef dan er sowieso al in werd getoond. Jo Röpke vond mijn invalshoek origineel en gaf me een warme handdruk toen ik de examenruimte verliet. Dat was in 1970. Sindsdien heb ik hem nooit meer teruggezien. En nu is hij dood. Wel mooi dat hij in Cannes is gestorven. Moge hij in vrede rusten. Maar daar twijfel ik eigenlijk niet aan.
Foto: Jo Röpke, fotograaf onbekend.
voor de duizendeneerste keer: Jo Röpke zou dit graag gelezen hebben denk ik.
LikeLike
Jo Röpke, in feite ben ik er ook samen mee opgegroeid. Hij was zo vanzelfsprekend geworden. Hij was er altijd.
LikeLike
Martin
In een krant stond vandaag :dat hij gevraagd werd door de stad Keulen om mee te werken aan een kunstproject in de metro’s .
In de 8 metro’s aldaar kan je hem alsnog dus binnenkort eens opzoeken ,samen met nog andere kunstenaars, hebben ze daarvoor (de stad ) 1,75 miljoen euro uitgetrokken
In keulen ben ikzelf nog nooit geweest ,jij?
Groetjes
Angela
PS:Op de suikerrui te Antwerpen is er een muziek-cafè opengegaan met de liederijke zoete psychedyllische naam :
strawbery fields
LikeLike
Angela, ik ben vroeger wel een aantal keren in Keulen geweest, vooral voor de kunst, maar de stad zelf ligt mij niet zo. Ik loop wel graag langs de Rijn, die immense rivier.
Ik kan GB ook opzoeken in Antwerpen. Ik heb zijn adres en hij moet me nog een kunstwerk. Een oude geschiedenis. Ik moet dat eens gaan halen, maar stel het altijd uit.
Het is inderdaad wel jammer dat Jo Röpke dit niet meer kan lezen.
LikeLike
Als we kijken naar de korte stukjes op YouTube van Premiere, komt automatisch de weddenschap op tafel :
welke bands hebben de intromuziekjes verzorgd van Jo Röpke’s Premiere Film en Video…
-Vivement Dimanche was van ?.
-‘iets van Hans Zimmer’
hoe lang is deze lijst…?
LikeLike