Dit is een fragment uit ‘Spoken’ van Henrik Ibsen:
“Mevrouw Alving (over hem heengebogen). Dat is een vreselijke voorstelling van je geweest, Oswald. Niets dan verbeelding. Al die emoties heb je niet kunnen verdragen. Maar nu moet je uitrusten, thuis bij je eigen moeder, jij mijn hartenkind! Alles waar je maar naar wijst, zal je hebben, net als toen je een klein kindje was… Ziezo. Nu is de aanval voorbij. Zie je wel, hoe gemakkelijk het over ging? O, dat wist ik ook wel… En kijk eens, Oswald, wat een mooie dag we krijgen? Heerlijke zonneschijn! Nu kan je je land pas goed zien. (Zij gaat naar de tafel en draait de lamp uit. Zonsopgang. De gletsjer en de bergtoppen op de achtergrond liggen in het stralende morgenlicht.)
Oswald (zit in de stoel met zijn rug naar de achtergrond zonder zich te bewegen. Plotseling zegt hij) Moeder, geef mij de zon.
Mevrouw Alving (bij de tafel ziet hem verschrikt aan) Wat zeg je?
Oswald (herhaalt dof en toonloos) De zon. De zon.
Mevrouw Alving (springt wanhopig op, grijpt met beide handen in haar haren en roept): Dat kan ik niet verdragen! (fluistert als verstijfd van schrik). Dat kan ik niet verdragen! Nooit!”
Waanzin, zelfmoord… Wie is verantwoordelijk?